Onderwijsresultatenmodel primair onderwijs

Leerlingen hebben voldoende basisvaardigheden nodig voor een goede aansluiting op het vervolgonderwijs en om later in de maatschappij goed te kunnen functioneren. Bovendien zijn deze basisvaardigheden nodig om kennis te vergaren bij alle andere vakgebieden. Daarom is het belangrijk dat scholen goed zicht hebben op welke resultaten hun leerlingen behalen. Ze kunnen dan tijdig hun onderwijs bijsturen als dat nodig is. Zo zorgen zij er voor dat hun leerlingen een ononderbroken ontwikkeling kunnen doormaken.

Sinds het schooljaar 2020/2021 kijken wij welke referentieniveaus de leerlingen beheersen voor lezen, taalverzorging en rekenen. Aan de hand daarvan bepalen wij of leerlingen genoeg hebben geleerd. We houden daarbij rekening met de leerlingenpopulatie (de schoolweging). Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) berekent de schoolweging. Zie voor meer informatie over het nieuwe model het document Onderwijsresultatenmodel po (versie januari 2021) en voor meer informatie over de schoolweging de pagina De schoolweging: maat voor de leerlingenpopulatie.

Bekijk voor meer informatie ook het dossier van de PO-Raad over het onderwijsresultatenmodel, waarin u ook een handreiking  voor het stellen van ambitieuze schooleigen doelen vindt.

Vraag en antwoord

Antwoorden op veelgestelde vragen vindt u op de pagina Veelgestelde vragen over het onderwijsresultatenmodel primair onderwijs.

Meer informatie?