Hoe bereken ik de scores van mijn vestiging?

De indicator voor het centraal examen komt tot stand door het gemiddelde te berekenen van alle vakken van het centraal examen van een onderwijssoort.

Het gemiddeld ce-cijfer wordt per leerjaar alleen berekend als voor dat jaar en die onderwijssoort van minstens 30 vakken het ce-cijfer bekend is.

Rekenvoorbeeld voor de score bij de indicator Examencijers:

Het gaat vaak om veel cijfers waaruit deze indicator is opgebouwd. Als in een jaar 100 leerlingen examen doen in 7 vakken, dan zijn er 700 cijfers (‘vakken’).

  1. We nemen de afdeling havo van een school. In deze havo hebben de leerlingen in de twee voorafgaande leerjaren in respectievelijk 621 en 761 vakken centraal examen gedaan. Dat heeft geresulteerd in gemiddelde CE-cijfers van 6,59 en 6,41.
  2. Deze gemiddelden worden gewogen naar het aantal vakken per jaar: hiervoor vermenigvuldigingen we het aantal vakken met het gemiddeld behaald CE-cijfer, hieruit volgen 4092,39 en 4878,01. De som hiervan (8970,40) gedeeld door het totaal aantal vakken waar in de leerlingen in die drie jaar examen hebben gedaan (1.382) geeft een driejaargemiddelde van 6,49.

 Dit driejaarsgemiddelde leggen we naast de schoolspecifieke norm. Zie hiervoor Hoe bereken ik de normen voor mijn vestiging?

Meer informatie

Databron

De indicator is berekend met gegevens uit het DUO Register Onderwijsdeelnemers (ROD). Scholen van alle sectoren leveren de leerlinggegevens voor dit register aan DUO.