Hoe bereken ik de normen van mijn vestiging?

Voor de indicator Examencijfers hanteren we verschillende normen, afhankelijk van de onderwijssoort. We hebben verschillende normen omdat de feitelijke situatie zo is dat de examencijfers in het voortgezet onderwijs sterk verschillen tussen de onderwijssoorten.

Voor drie van de vier indicatoren in het Onderwijsresultatenmodel, waaronder Examencijfers, passen we een correctie toe op de norm op basis van de kenmerken van de leerlingenpopulatie van een school. In feite is deze correctie een korting die stijgt naar gelang er meer leerlingen met een bepaald kenmerk op de school zitten.

Voor Examencijfers hebben we voor iedere onderwijssoort een norm berekend die geldt als uitgangspunt.

Tabel 4 Normen Examencijfers

Norm

vmbo-basis

6,50

vmbo-kader

6,23

vmbo-(g)t

6,19

havo

6,27

vwo

6,30

Er zijn twee mogelijke leerlingkenmerken waarvoor we corrigeren bij deze indicator:

  1. leerlingen uit een apcg-postcodegebied (armoedeprobleemcumulatiegebied)

  2. Leerlingen die gediplomeerd opgestroomd zijn van vmbo (g)t naarhavo of van havo naar vwo

Tabel 4.1 Correctiewaarden Examencijfers

opstroom

apcg

vmbo-basis

-

-0,25

vmbo-k

-

-0,10

vmbo-(g)t

-

-0,25

havo

-0,05

-0,20

vwo

-0,60

-0,25

Rekenvoorbeeld voor de norm bij indicator Examencijfers:

  1. Voor dit voorbeeld gaan we uit van een afdeling havo. De schoolspecifieke norm wordt bepaald op basis van de afgelopen drie jaren. Bepaal voor elk van die drie jaren hoeveel leerlingen examen havo hebben gedaan met een kenmerk apcg of opstroom.
  2. Tel deze aantallen op per kenmerk. Dat levert bijvoorbeeld de volgende aantallen op:
    opstroom: 20 
    apcg: 33
  3. Vermenigvuldig deze getallen met de correctiewaarden in tabel 4.1.
    Dus:
    20 * -0,05 = -1,00
    33 * -0,20 = -6,60
  4. Tel deze waarden op, wat volgt is het totale correctievolume: 7,60
  5. Deel dit correctievolume door het totaal aantal leerlingen dat examen havo heeft gedaan in de afgelopen drie jaren. Bijvoorbeeld 220 leerlingen: 7,60 / 220 = 0,03

Gezien de leerlingpopulatie moet voor de afdeling havo op deze school  gemiddeld over drie jaar het ce-cijfer 6,24 bedragen.

Meer informatie

Databron

De indicator is berekend met gegevens uit het DUO Register Onderwijsdeelnemers (ROD). Scholen van alle sectoren leveren de leerlinggegevens voor dit register aan DUO.