Uitvoering onderzoek

Peil.Leesvaardigheid einde (speciaal) basisonderwijs vond plaats in het schooljaar 2020/2021. Deze peiling is onder regie van de Inspectie van het Onderwijs uitgevoerd door een consortium. De gegevens zijn in het voorjaar van 2021 verzameld bij 110 scholen voor basisonderwijs (bo) en 41 scholen voor speciaal basisonderwijs (sbo). In totaal deden 3.318 bo-leerlingen (180 klassen) en 1.000 sbo-leerlingen (86 klassen) mee aan dit peilingsonderzoek.

Aan de basis van dit peilingsonderzoek liggen:

Consortium

Het consortium voor het peilingsonderzoek Leesvaardigheid 2020-2021 werd gevormd door het Expertisecentrum Nederlands, KBA Nijmegen, Cito en de Radboud Universiteit Nijmegen.

Samenwerking met consortium van PIRLS

Voor de afname is er samengewerkt met het consortium van het internationale onderzoek Progress in International Reading Literacy Study (PIRLS), dat de prestaties op het gebied van begrijpend lezen van leerlingen in groep 6 van het basisonderwijs in kaart brengt. Voor deze samenwerking is gekozen om het bo minder vaak te belasten met onderzoeken en om de opbrengsten van beide peilingen te vergroten. Op 105 van de 110 basisscholen werd de dataverzameling voor het huidige peilingsonderzoek gecombineerd met de dataverzameling voor het internationale PIRLS-onderzoek in 2021.

Meer informatie

In deel C van Peil.Leesvaardigheid einde (s)bo 2020-2021 beschrijven en verantwoorden we de werkwijze die is gekozen voor de peiling Leesvaardigheid einde (s)bo. We bespreken daarbij kort de steekproef van scholen en de verschillende instrumenten die voor deze peiling zijn ontwikkeld. Ook geven we een beknopte beschrijving van de deelnemende bo- en sbo-leerlingen en leerkrachten aan de hand van een aantal algemene achtergrondkenmerken, zoals geslacht, voorlopig schooladvies/uitstroomprofiel (leerling) en leservaring (leerkracht).

In het technisch rapport van het consortium dat de instrumentontwikkeling en dataverzameling voor deze peiling uitvoerde, is een uitgebreidere verantwoording van de dataverzameling, de representativiteit en het instrumentarium opgenomen.

In het technisch rapport van de inspectie staan de keuzes die gemaakt zijn door de schrijvers van de publieksrapportage centraal. De verdere gegevensverwerking en –analyse die ten grondslag liggen aan het publieksrapport worden hier verantwoord.