Gevolgen van de coronacrisis voor de vavo-scholen

De coronacrisis heeft effect op de kwaliteit van het onderwijs met mogelijk gevolgen op zowel korte als langere termijn. Daarom onderzoekt de Inspectie van het Onderwijs in alle sectoren de effecten van de pandemie op leerlingen en studenten. Ook het voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo) is hierbij betrokken. Gesproken is met vavo-scholen die vallen onder mbo-besturen.

Eind 2020 was de eerste vragenronde bij vertegenwoordigers van vavo-instellingen in het kader van de COVID-19-monitor. Toen waren de vragen toegespitst op het thema examinering. Dit overzicht gaat over de tweede vragenronde: op 7 oktober 2021 sprak de inspectie in een rondetafelgesprek met vertegenwoordigers van 8 vavo-scholen die vallen onder een ROC. Hierbij is vanuit een breder perspectief gesproken over wat de gevolgen van de coronacrisis waren voor de vavo-scholen. Het onderzoek richt zich op de periode tot de zomer van 2021.

Dit zijn de hoofdbevindingen op een rij.

Nog meer maatwerk dan anders, geen algemene lijn

De vavo-scholen gaven op verschillende manieren invulling aan de lessen in de coronaperiode (vanaf begin maart 2020 tot aan nu). De lessen zijn zowel fysiek, hybride als online vormgegeven. Voor welke vorm is gekozen was afhankelijk van de (samenstelling van de) doelgroep en de omstandigheden. Per groep is, nog meer dan anders, heel specifiek maatwerk toegepast door de vavo-scholen. Zij keken naar wat er op dat moment mogelijk was binnen de geldende maatregelen. Dit betekende soms volledig fysiek, soms hybride maar ook wel volledig online onderwijs. Hierin is geen algemene lijn vast te stellen. Wel probeerden de vavo-scholen de meest kwetsbare groepen en studenten zoveel mogelijk fysiek naar school te halen. En er is meer dan normaal energie gestoken in de begeleiding en ondersteuning van de studenten.

Omstandigheden juist gunstig voor sommige studenten

Studenten hebben verschillende ervaringen met de kwaliteit van de lessen: de vavo-scholen hebben gehoord dat de studenten het erg op prijs hebben gesteld dat er zoveel aan is gedaan om de lessen, zowel fysiek als online, zo goed mogelijk door te laten gaan. Vavo-scholen hebben het beeld dat sommige groepen studenten de lessen tijdens de coronaperiode als positief hebben ervaren. Een voorbeeld hiervan is dat de groepsgrootte moest worden aangepast om fysiek les te kunnen blijven geven. Door de kleinere klassen (maximaal 12) kwamen sommige studenten nu meer tot bloei en konden zich beter concentreren. Een andere groep studenten had veel baat bij de online lessen omdat ze op deze manier minder prikkels kregen, wat ook ten goede kwam aan de concentratie. Studenten die willen examineren in een ander profiel, de zogeheten herprofileerders, hadden meer mogelijkheden om op maat de lessen te volgen, afhankelijk van wat ze nog nodig hadden om het diploma of certificaat te behalen.

Waar nodig extra begeleiding

De vavo-scholen vertellen dat zij veel energie hebben gestoken in de monitoring van de tevredenheid bij zowel medewerkers als studenten. Op die manier konden zij naar eigen zeggen steeds het onderwijs actualiseren en met inachtname van de wettelijke maatregelen de kwaliteit handhaven.

De scholen melden dat studenten bij de vavo-scholen aangaven heel tevreden te zijn over de extra begeleiding tijdens de coronaperiode. Veel studenten vonden het moeilijk als ze niet naar school konden. Ze misten dan onder andere de sociale contacten met medestudenten en docenten. Ook misten ze de structuur van school. Vavo-scholen vertellen dat zij extra begeleiding gaven als dit nodig was vanwege de thuissituatie, bijvoorbeeld door meer individuele contactmomenten met de mentor, bijlessen of fysieke opvang.

Veel kleinere instroom in vavo

Volgens de vavo-scholen kregen zij in 2020/2021 veel minder instroom van de doelgroep uit het voortgezet onderwijs (vo) die niet hun diploma heeft gehaald. Uit de eigen gegevens concluderen zij dat de totale instroom ten opzichte van de voorgaande schooljaren met ongeveer 40% is teruggelopen. Ook in het huidige schooljaar 2021/2022 zijn de aanmeldingen volgens de scholen nog niet terug op het oude niveau: nu is de gemiddelde aanmelding nog 20% lager dan voor de coronaperiode.

Andere samenstelling instroom, wellicht door overheidsmaatregelen

Daarnaast merken scholen op dat de samenstelling van de groep die zich aanmeldt nu ook anders is: voorheen waren dit veel meer studenten die hun diploma op het vo niet hadden gehaald, nu zijn er relatief meer herprofileerders,  opstromers en een hoger aantal zorgleerlingen. De vavo-scholen hebben de indruk dat de maatregelen die vanuit de rijksoverheid zijn genomen er aan bijgedragen hebben dat het niveau van de vo-leerling die zij binnen kregen ook beduidend anders was. Gemeld worden bijvoorbeeld de zgn. duimregeling (het laten vallen van een vak, niet zijnde een kernvak), extra herkansingen in het vo waardoor wellicht latere of geen instroom in het vavo, slechtere schoolresultaten (leerlingen die voor een bepaald vak een 2 of een 3 hadden i.p.v. een 4 of een 5) en daardoor een grotere (leer)achterstand.

Meer uitval

Hoewel er veel is ingezet op de begeleiding van de studenten in de coronatijd, zagen de vavo-scholen toch meer uitval dan in de voorgaande jaren. Volgens de scholen noemden de betreffende studenten onder andere als redenen dat zij het moeilijk vonden om aangehaakt te blijven doordat de lessen (grotendeels) online waren en doordat een vast ritme ontbrak.

Soms grotere werkdruk ervaren

Door de corona-omstandigheden zijn bepaalde aspecten uitvergroot die een nadelige invloed kunnen hebben op de kwaliteit van het onderwijs. Zo werd het kwaliteitsverschil tussen docenten duidelijker (denk aan ict-vaardigheden maar ook aan pedagogisch-didactische vaardigheden). De werkdruk werd door sommige docenten als heel hoog ervaren, met soms aanwijsbare oorzaken als doorwerken in de vakanties en de noodzaak in korte tijd vaardigheden aan te leren om het online te kunnen lesgeven. Soms zorgden ook persoonlijke omstandigheden in coronatijd voor een hogere beleving van de werkdruk (thuissituatie, bezorgdheid om de eigen gezondheid of die van een dierbare).

Kansen voor vernieuwing

Aan de andere kant waren er ook docenten die meer bezig konden zijn met onderwijsinnovatie, doordat er minder aanmeldingen en kleinere groepen waren. Hier was nu tijd en ruimte voor. De gedwongen aanpassingen in de manier van lesgeven stimuleerde verder het praten over en uitwisselen van ideeën over de kwaliteit van de lessen in de teams. Ook als positief punt wordt genoemd het flexibeler omgaan met geprogrammeerde vakantieperioden door docenten. De vavo-scholen spreken veel waardering uit voor de grote betrokkenheid van de docenten bij de studenten, die zelf soms ook in een lastige situatie zaten.

Online naast fysiek: vasthouden?

Volgens de eigen monitoring van de vavo-scholen hebben de docenten in een korte tijd veel geleerd en zich nieuwe vaardigheden eigen gemaakt. Zij merken dat dit ook heeft bijgedragen aan de onderwijsinnovatie. Een aantal zaken wordt gezien als een verworvenheid die moet worden behouden - of in elk geval moet worden onderzocht om te behouden voor in de toekomst. Daarbij is kwaliteit van het onderwijs voor de scholen het uitgangspunt. Zo wordt er in het vavo nu geëxperimenteerd met het fysiek en online lesgeven in het vwo. Hoe kan het beste maatwerk worden geleverd? Daarnaast wordt een online les ook wel eens ingezet als alternatief van een fysieke les in het geval een docent niet in staat is om op school te komen maar wel les kan geven. Alle vavo-scholen geven aan zich nu te verdiepen in de mogelijkheden van blended learning: een menging van fysiek en online onderwijs. Vanuit praktisch oogpunt vinden vergaderingen van docententeams, als het onderwerp zich hiervoor leent, ook hybride of online plaats. Collega’s die in deeltijd werken kunnen op deze manier ook makkelijker aansluiten.