Scholen, instellingen, besturen en samenwerkingsverbanden zijn tevredener over het toezicht dan voorheen en zien verder terugbrengen van toezichtlast als belangrijkste verbeterpunt

De meeste onderwijsbesturen zijn tevreden over de vierjaarlijkse onderzoeken die worden uitgevoerd door de Inspectie van het Onderwijs. Als belangrijkste verbeterpunt noemen ze de toezichtlast, die met name in het (voortgezet) speciaal onderwijs nog als hoog wordt ervaren. Gemiddeld waarderen de besturen en samenwerkingsverbanden in het primair onderwijs (po), voorgezet onderwijs (vo), (voortgezet) speciaal onderwijs ((v)so) en middelbaar beroepsonderwijs (mbo) de onderzoeken door de inspectie met het cijfer 7,7. Ze zijn positiever dan voorheen over de integratie van het kwaliteitstoezicht en het financieel toezicht en de manier van communiceren van de inspectie rondom de onderzoeken. Dit blijkt uit tevredenheidsonderzoek van de inspectie in de periode van augustus 2021 tot augustus 2023.

Tevredenheidsonderzoeken bij besturen, samenwerkingsverbanden, scholen en instellingen

Voor het tevredenheidsonderzoek vulden besturen, scholen, instellingen en samenwerkingsverbanden na afloop van een inspectie-onderzoek een vragenlijst in. Op deze manier werd bij besturen en samenwerkingsverbanden de tevredenheid over de vierjaarlijkse onderzoeken bevraagd. Bij scholen en instellingen werd gevraagd naar de tevredenheid over de onderzoeken naar onderwijskwaliteit en stelselonderzoeken door de inspectie. Onderzochte scholen en instellingen zijn over het algemeen net als besturen tevreden over de kwaliteitsonderzoeken en stelselonderzoeken. Kwaliteitsonderzoeken zijn bijvoorbeeld onderzoeken naar aanleiding van kwaliteits- of financiёle risico’s, herstelonderzoeken of onderzoeken naar de waardering Goed. Het gemiddelde cijfer dat scholen en instellingen geven, varieert van 7,3 tot 7,9. De meeste kritische geluiden komen vanuit het po, waar 1 op de 4 scholen waar een risico-onderzoek plaatsvond, vindt dat de inspectie niet voldoende rekening heeft gehouden met de context van de school bij dit risico-onderzoek. Wanneer het gaat om de toezichtlast, dan wordt de als hoog ervaren tijdsinvestering en soms beperkte voorbereidingstijd genoemd.

Verschillende onderzoeken door de inspectie

Bij besturen in het po, vo, (v)so en mbo en bij samenwerkingsverbanden vindt elke vier jaar onderzoek door de inspectie plaats. In vervolg hierop wordt op scholen en instellingen de onderwijskwaliteit onderzocht. Daarnaast voert de inspectie in alle onderwijssectoren thematische stelselonderzoeken uit om het gehele onderwijsstelsel in beeld te brengen. Besturen, scholen en instellingen krijgen dus op verschillende momenten en manieren te maken met onderzoeken door de inspectie.

Evaluatie van het toezicht

Evaluatie van het toezicht is een belangrijk onderdeel van het werk van de inspectie. Door in kaart te brengen wat er goed gaat en wat er beter kan, krijgt de inspectie zicht op mogelijke verbeterpunten. Het tevredenheidsonderzoek is onderdeel van een breder evaluatieprogramma. Naast de waardering van het toezicht door het veld evalueert de inspectie daarin onder andere de kwaliteit van inspecteursoordelen, en de mate waarin ons toezicht bijdraagt aan beter onderwijs. Een deel van de evaluaties in het programma worden uitgevoerd door de inspectie zelf, of in samenwerking met academische partners. Daarnaast vragen wij periodiek externe onderzoekers ons toezicht te evalueren.

Alle resultaten van het tevredenheidsonderzoek staan in het rapport Tevredenheidsonderzoek onderzoekskader 2021

Beeld: ©Inspectie van het Onderwijs