Themaonderzoek Experimenten doorlopende leerlijnen vo-mbo

Voor vmbo-leerlingen die al vroeg weten welk vak ze willen gaan leren op het mbo, kan het goed zijn als voortgezet onderwijs- en mbo-scholen nauwer samenwerken. Om zulke samenwerking beter mogelijk te maken, kunnen scholen en opleidingen sinds schooljaar 2014-2015 meedoen doen met experimenten. In het rapport 'Onderzoek naar experimenten doorlopende leerlijnen vo-mbo' kunt u alle bevindingen, conclusies en aanbevelingen lezen. Het rapport bestaat uit twee delen: samenvattende conclusies en een achtergronddocument.

Deze experimenten bieden bijvoorbeeld ruimte voor een afwijkend moment van examinering, of om bepaalde vakken of onderdelen van de mbo-opleiding aan te bieden. De experimenten zijn gestart bij de vakmanschapsroutes en technologieroutes.

In 2015 heeft de inspectie een themaonderzoek uitgevoerd bij de experimenten in het kader van de Regeling experimenten doorlopende leerlijnen vo-mbo. Hiermee hebben we in beeld gebracht welke keuzes de eerste lichting van samenwerkende scholen maakten, of er risico’s optraden en of de kwaliteit geborgd werd. Het onderzoek betrof het studiejaar 2014-2015, de eerste groep van het experiment. 

Conclusies

Er zijn grote verschillen tussen de experimenten wat betreft de samenwerking vmbo-mbo, de invulling van de experimentele ruimte, de realisatie van gestelde doelen voor het eerste jaar en de plaats van het experiment in de school of instelling. Door de grote verschillen is het moeilijk om eenduidige conclusies te trekken. We komen tot de volgende hoofdconclusies. 

  • De experimenteerruimte kan beter benut worden.
  • De kwaliteit van het onderwijs is voldoende, bij veel experimenten is er echter nog geen sprake van echte veranderingen ten opzichte van de reguliere trajecten.
  • De kwaliteitsborging bij de experimenten is matig,  waardoor de resultaten van de experimenten onvoldoende gevolgd kunnen worden.
  • Scholen zien zelf nog relatief veel risico’s voor het slagen van het experiment.